dinsdag 22 februari 2011

GodDAMN motherfucking BULLshitfuck shitFUCK! GodDAMN motherfucking BULLshitfuck shitFUCK!

What happens when ‘Black Hawk Down’ meets comics? You’ll get DMZ! The worst nightmare of the United States if it got caught in a second civil war. How bad can it get? Just really hard and ugly! Like every war off course. As the reader you get a glimpse of how it got started, and life in a city under siege that just can’t get- and be occupied by the main aggressors.
I'll tell you, it won’t happen very often, that I just get blown away by a comic. At least, I cannot remember the last time that I closed the book and sat down for at least 10 minutes and think about what I had just read. This happened after I had read ‘DMZ #4 Friendly Fire’. I bought the book at the local comic store, as I try to keep up with the series, settled in a chair in the Rotterdam Library on the third floor and entered the war. After one-and-a-half hour I closed the book and I couldn’t bring out any word for at least 10 minutes.



In the near future, New York City is the plaything of two entities during a second civil war. The United States of America and the Free States of America. Anti-establishment militias in the 50 states rise up as they are fed up with the wars fought overseas and push their way to the coasts. Eventually it comes to a standstill on a piece of land, that just none of both parties are able to occupy – Manhattan, better known as, the DMZ.

Wikipedia describes the term DMZ as follows: In military terms, a demilitarized zone (DMZ) is an area, usually the frontier or boundary between two or more military powers (or alliances), where military activity is not permitted, usually by peace treaty, armistice, or other bilateral or multilateral agreement. Often the demilitarized zone lies upon a line of control and forms a de-facto international border.
I’d give the following description for the DMZ in Manhattan, as I’m following this series: A demilitarized zone (DMZ) is an area, usually the frontier or boundary between two or more military powers (or alliances), where military activity is justnot… possible.

In DMZ #4 the main-protagonist, Matthew Roth a photojournalist for Liberty News, gets an interview with an enlisted U.S. Army soldier who is prosecuted for a massacre on day 204 of the war, in the DMZ. Roth searches answers for question’s as: Who gave the order? How far up does it go up the chain of command? Who is eventually really to blame? More questions arise and more shit and dirt is find as Roth digs in the story and the events of that day.

As with all the volumes, the story is written by Brian Wood and the drawings are done by Riccardo Burchielli. They get joined by guest artists, and in this edition by Nathan Fox, Viktor Kalvachev and Kristian Donaldson.
The story of the soldier that’s found guilty of the massacre is done by Fox. I’m not surprised if Fox was inspired by stories and pictures of the First World War. Because the first thing I noticed, and partly due to my history teacher-education and my interest of the latest century, was the mix of first world war – and modern uniforms of the U.S. Army soldiers. Add to it the brutal illustrations and design of the chapter. It digs up the tension and feeling of trench war and takes the reader into a nightmare.
Then follows the story about the massacre told by a platoon sergeant. Illustrated by Burchielli, Fox and Kalvachev. The nightmare is then confronted with the hardened and experienced background of the platoon commander.
A more neutral, but loaded like the other illustrators, style by Donaldson guides the story of the civilian survivors. Make no mistake, every artist applies his qualities at the best to carry the reader into the story and feel sympathy for the protagonists.

‘Friendly Fire is An Oxymoron’ is the title of the foreword by sergeant John G. Ford. Those are mild, but loaded and true words to start this volume of DMZ.

dinsdag 8 februari 2011

The Making of.. Jupiterpopposters

Jules in gesprek met Jules over schilderen en tekenen en de posters voor Jupiterpop.

Co Westerik projecteert zijn schetsen, tekent het tot in detail over en gaat dan schilderen. Tot nu toe heb ik vanaf een foto nagetekend en ga, wanneer ik tevreden ben met de opzet, beginnen met schilderen. De opzet (realiseer ik me nu) beschouw en noem ik geen tekening. Het is puur de opzet en hij dient ook geen ander doel. Het schilderij is een opgebouwd lichaam en de tekening is een pure en eerlijke eenheid. Vanaf een tekening werken en inkleuren?
En die tekeningen van bijvoorbeeld Jupiterpop? Die krijttekeningen. Zijn dat wel tekeningen? Of ook eigenlijk schilderijen?
Ze hebben het pure. Maar of het echt tekeningen zijn? Er wordt ontzettend veel in geboetseerd. Net als bij schilderen en mijn tekenstijl, zoals de The Siege of Tilburg tekeningen, ga ik uitersten van het werkmateriaal opzoeken… Uhm
Andere vraag: Wat is het verschil tussen twee zwarte lijnen, zelfde afmetingen en even donker, tussen olieverf en conté?
Uiteraard het materiaal. In mijn geval beschouw ik sowieso verf, en het pigment doet er even niet toe, als een vloeibare substantie en het kleeft vast op het medium. Dat heb je met krijt, potlood of conté niet. Dat moet je fixeren. En het is ook niet een substantie die je aanbrengt. Het zijn meerdere deeltjes. Die samen een geheel vormen.
En waarom is het dan eerlijker dan verf?
Alsof je binnen in de verf nog meer elementen kwijt kan en dat maakt het liegend. Potlood is in dit geval eerlijk doordat het doorzichtig is. Net als ik.. Ik kan niet goed liegen ik schiet snel in de lach of er verschijnt weer zo’n grijns op m’n gezicht.
Kunnen we dan al terug naar de vraag of die krijttekeningen, schilderijen of tekeningen zijn?
Ik denk dat het toch ook echt tekeningen zijn. Het heeft dat pure, en dat onderscheid het meer van schilderijen. Ik heb 8 februari ook een begin gemaakt met de poster voor Jupiterpop 26 maart. Deze heeft weer een echte puurheid! 
Wat heb je met die posters man!?
Vanaf het begin dat Hertz Jupiterpop werd, heb ik die posters gemaakt, met hulp van Pim en Nelis. Vanaf het seizoen 2010 / 2011, ben ik ze analoog gaan maken. Ik heb hierbij geschilderd en slordig/schetserig en erg rauw gewerkt. Vanaf de poster voor 29 januari ben ik met de beamer gaan werken en heb ik eerst een opzet gemaakt in Illustrator en daarna gebeamd. Zo behoud ik ook een duidelijk lettertype en zijn ze duidelijk. 29 januari was, bedenk ik nu karig, maar het beloofde de doorzet voor betere posters, die ik met krijt, houtskool en stift ben gaan bewerken. Bij die van 26 februari, wilde ik een echte grunge/pop benadering, veel zwart en blauw waarden, en voor 26 maart wilde ik juist die folk/acoustic benadering vooral veel sepia benadering. Vanaf dat moment zag ik alsmaar verbetering. Een grafische benadering, waarbij ik backgrounds en templates van sites combineerde, of foto’s en die helemaal ging abstraheren, zodat alleen ik nog die elementen kon benoemen. Soms zijn ze gesloten, soms erg open. Scheelt als ik er een kader omheen doe of niet. Wat ik nu met die posters doe, kon en kan ik niet met photoshop! Ze lijken echt uniek.
Alsof je meer de controle hebt gepakt.
Inderdaad. De regie is meer in de handen van de kunstenaar, tekenaar en een klein beetje de schilder. Soms begin ik eerst met de tekst en achtergrond tegelijk, en soms eerst de achtergrond en daarna de letters. Wanneer ik de basis met behulp van het ontwerp geprojecteerd met de beamer klaar heb, neem ik de regie volledig over en laat intuïtie en instinct de vrije loop. Daar komt dan weer iets interessants uit dat ik vaak niet eerder heb gedaan.

Poster voor Jupiterpop 26 januari.

zondag 23 januari 2011

The Hurt Locker

Regie: Kathryn Bigelow
Met: Jeremy Renner, Anthony Mackie en Brian Geraghty

Niets geen politiek gezever! Geen moeilijke constructies om iets over een oorlog te willen zeggen (wat alweer de zoveelste film zou zijn). Maar een film opgenomen met hand-held camera die resulteert in een superruwe actiecinema in de stijl van 'Black Hawk Down'. Het zijn puur de ervaringen die we volgen van een groep Amerikaanse mineurs tijdens de nasleep van de tweede Irakoorlog. We kunnen als kijker deze actie zo goed proeven dat het lijkt alsof we embedded mee gaan met deze soldaten. Niet gek ook aangezien het scenario is geschreven door de schrijver Mark Boal die als journalist embedded een groep soldaten volgde die bommen onschadelijk moesten maken.


Sergeant Eerste Klas William James (Jeremy Renner) voegt zich als nieuwe teamleider in Bravo-compagnie van een U.S. Army Explosive Ordnance Disposal (EOD)(Explosieven Opruimings Dienst) tijdens de nasleep van de tweede invasie van Irak in 2004. Hij vervangt StaffSergeant Thompson, die eerder omkwam bij het onschadelijk maken van een improvised explosive device (IED)(bermbom) in Baghdad. De rest van het team bestaat uit Sergeant J.T. Sanborn (Anthony Mackie) en Speciallist Owen Elridge (Brian Geraghty).
De methodes die James toepast en zijn houding, zijn voor Sanborn en Eldridge roekeloos en beschouwen hem als een adrenaline junkie die telkens zijn kick moet hebben. Wat volgt zijn verschillende spectaculaire ontmantelingen en een ontzettend goede sluipschutterscène. De film draait in zijn geheel eigenlijk om het bijna suïcidale gedrag van James en de ergernis van zijn teamgenoten, en hoe ze ondanks die grote handicap toch een hechte band weten op te bouwen met elkaar die bevestigd wordt met een zuipfestijn in het verblijf van James. Uiteindelijk komt deze band onder druk te staan wanneer James het lichaam vind van een kind met een bom in zijn lichaam. Wanneer door zijn toedoen Eldridge gewond raakt in zijn been verontschuldigd James simpelweg met: “Sorry man.”

‘De high van oorlogvoeren is een dikwijls dodelijke verslaving, omdat oorlog zelf een drug is.’ Met dit citaat van oorlogsverslaggever Chris Hedges begint de film. Dit is het ware kenmerk van The Hurt Locker. De kijker kan zich in deze film zo goed in de personages verplaatsen omdat de film een waar gevecht is met helden aan de ene kant, James en zijn team, en vijanden aan de andere kant in de vorm van de bommen en de schaduwachtige figuren die op een afstand de bommen kunnen laten ontploffen. James is het perfecte voorbeeld van die ene held waar we ons zo graag mee willen identificeren; onverschrokken en ontzettend stoer!

Deze ruigheid wordt door de manier van filmen extra versterkt door de sierlijke en elegante dwarrelende stofwolken, perfecte explosies waarvan de zandkorrels levensgroot door de lucht vliegen en sluipschutters die elkaar in slow-motion in de woestijn op de korrel nemen, versterkt door een muziekstuk wat ons als kijker meevoert naar een western waar twee revolverhelden elkaar op de korrel nemen. Als er geen poëzie of dichterlijkheid lijkt te wezen in het verhaal, wordt dat juist gecompenseerd door de bevlogen manier van filmen.

Bigelow heeft hier een dijk van een actiethriller neergezet die precies het juiste tempo heeft om de aandacht van de kijker vast te houden. Wanneer je als kijker in een dichterlijk aspect lijkt te vervallen, wordt je door Bigelow terug gesmeten naar de realiteit van oorlog. Een kapot kinderlichaam met een bom, onverwachte ontploffingen van verborgen bommen en onschuldige burgers die het slachtoffer worden van een bom. Of juist de absurditeit van oorlog geïllustreerd met een prachtige opname van een vliegeraar die geen aandacht schenkt aan het vuurgevecht dat naast hem plaatsvind. Uiteindelijk bewaard Bigelow de essentie van de film tot het eind. Oorlog ontmenselijkt.

Waardering 9.5

dinsdag 18 januari 2011

Million Dollar Baby

Regie: Clint Eastwood

Met: Hilary Swank, Clint Eastwood en Morgan Freeman

Het verhaal wordt verteld door een veteraan uit de bokswereld Eddie “Scrap-Iron” Dupris (Morgan Freeman). Hij vertelt het verhaal van Maggie Fitzgerald (Hilary Swank), een Iers-Amerikaanse serveerster uit Missouri die in de boxschool ‘Hit Pit’ de briljante trainer Frankie Dunn (Clint Eastwood) vraagt haar te trainen. Het is het enigste wat ze wil. De beste worden. Keer op keer weigert Frankie haar te trainen, ondanks dat ze elke dag zelf komt trainen. Eddie daarentegen is de enige die haar blijft aanmoedigen.

Clint Eastwood tijdens de opnames van Million Dollar Baby

De aanhouder wint en uiteindelijk lukt het Maggie Frankie over te halen en haar te trainen. Ze wordt steeds beter en wint gevecht na gevecht. Frankie heeft eindelijk ook de bokser met wie hij de top kan halen en samen gaan ze tot het uiterste. Uiteindelijk komt het neer op het absolute gevecht om de titel. De hele film wordt de toon al gezet dat dit gevecht niet zonder gevaar is. De tegenstander is de Duitse “Blue Bear” (Lucia Rijker) die haar gevechten schijnt te winnen door corrupt spel. In de negende ronde wordt dit bevestigd en wordt Maggie uitgeschakeld met een Sucker Punch en raakt ze volledig verlamd.
Het verhaal krijgt een totaal andere wending en we zien vanaf dat moment Frankie Maggie verzorgen alsware zijn eigen dochter. Frankie weigert eerst alle prognoses van de doktoren te geloven en geeft Eddie de schuld dat hij hem heeft overgehaald haar te trainen. Maar al snel neemt hij zelf de verantwoordelijkheid.
Maggie gaat steeds verder achteruit en vraagt Frankie haar te helpen sterven nu ze nog steeds het juichende publiek kan herinneren. Frankie weigert dit maar ook hier wint de aanhouder, mede doordat Frankie beseft dat in plaats van dat hij haar in leven houdt, haar beetje bij beetje dood. Op een nacht sluipt Frankie binnen. Voordat hij haar een shot adrenaline geeft, vertelt hij wat haar bijnaam ‘Mo Chuisle’ betekent. ‘mijn lieveling, en mijn bloed’ (letterlijk, mijn polsslag). Hierna zien we Frankie weglopen en voor altijd verdwijnen. De film sluit af met de laatste zinnen die Eddie schrijft in een brief geadresseerd aan Frankie’s dochter.
Opvallend aan deze film vond ik de vorm van een middeleeuwse ballade als zijnde de vorm AaBC verteld door de minstreel Scrap-Iron. Deze vergelijking gaat op voor zowel Maggie als Frankie. A als zijnde de pogingen van Maggie om Frankie over te halen haar te trainen, a de training, B de wedstrijden tot de laatste kampioenswedstrijd en C de moeilijke periode voor Maggie en Frankie na de wedstrijd.
Deze ballade wordt bijzonder aangedikt door dramatische lichteffecten. Deze lichteffecten komen uiteraard terug in de wedstrijden en met name de laatste kampioenswedstrijd. Maar nog sterker in deze film vond ik de symboliek die gebruikt werd. Bijvoorbeeld een scene waarbij Frankie in deel C uit het getraliede raam van zijn voordeur kijkt symboliseert de geslotenheid van zijn karakter en het lastige parket waarin Frankie zich bevind, met de keuzes die hij overweegt te maken.
Scrap-Iron zorgt met de voice over ook voor een dramatisch effect, zeer kenmerkend in met name het crime-noir genre. Normaal is de voice over van de hoofdpersoon en is dat degene die het verhaal verteld. Het zorgt ervoor dat je als kijker meegezogen wordt in het verhaal en je je met de hoofdpersoon kan identificeren. Maar ook in dit geval heeft het het beoogde effect. Het verdedigt de standpunten van Frankie en zorgt ervoor dat je als kijker steeds meer sympathie kan opbrengen.

Clint Eastwood levert ook hier weer een dijk van acteer en regiewerk. Verhalen krijgen steeds meer een kern en die kern is precies het symbool of de betekenis van de complexiteit van mensen hun gewone levens. Het acteerwerk van de hoofdrolspelers zorgt voor de rest.
In ons leven zijn we als mensen allemaal, zij het bewust of onbewust, op zoek naar een meester of iemand waar we tegenop kijken en iets van willen leren. Mede daarom dat menigeen zich wel in Maggie als Frankie kan verplaatsen. Deze film getuigd in ieder geval van een bijzonder meesterschap door de makers.

maandag 17 januari 2011

Open Source onderzoek afgerond!

Na een hoop onderzoek en research is eindelijk het wikipedia artikel verbeter over open source software. In tegenstelling tot het oude artikel, gaat het nieuwe artikel veel beter in op de software in plaats van de term open source.
Ik en Saskia (http://saskiaquax.nl/) vonden veel verwarrende toelichtingen en interpretaties.  onder mensen in de computer wereld, of daarbuiten waarvan het leek dat ze wisten wat open source inhoud. Nota bene was het nederlandse wikipedia artikel onder de maat, waarop we besloten onderzoek te doen over wat free software en open source precies inhouden. Ter afsluiting van het onderzoek hebben we ook het wikipedia artikel aangepast. Volg onderstaande link naar een sterk verbeterd artikel!
http://nl.wikipedia.org/wiki/Open_source_software

dinsdag 7 december 2010

Stella's Oorlog

Regie: Diederik van Rooijen
Met: Maartje Remmers, Javier Guzman, Thijs Römers, Anna Drijver

Onze jongens in Afghanistan. Deels voor het Nederlandse publiek niet voor te stellen en het is ook niet dat deze film daar een duidelijker beeld van geeft. De waanzin van oorlog komt behoorlijk naar voren en ook wat het met mensen geestelijk kan doen. Dit is in meerdere films al naar voren gebracht waaronder het meesterwerk The Deer Hunter (1978) en de meer recente Waltz With Bashir (2008). Nederland leverde in 2009 ook een bijdrage met Stella’s Oorlog.


In de film volgen we een jonge vrouw, Stella (Maartje Remmers), die worstelt met de gevolgen van een militaire uitzending naar Uruzgan. Dit wordt vertelt aan de hand van een rechtszitting die de rode draad verzorgt voor het verhaal. Een hechte vriendengroep behoort tot de soldaten die naar Afghanistan gezonden worden. Onder hen bevinden zich Stella’s broer Twan (Teun Kuilboer) en haar man Jur (Javier Guzman). Tijdens deze uitzending komt Twan, tijdens een patrouille, door een bermbom om het leven. Haar man Jur is bij terugkeer in Nederland niet meer de oude en dit heeft een fase van afzondering als gevolg. Stella zoekt toenadering tot Jur en zijn vrienden maar ze komt er al snel achter dat ze iets te verbergen hebben. Nadat Jur vlak voor een medaille-uitreiking zelfmoord pleegt is Stella vastberaden om de waarheid te vinden Wat er dan volgt is de formule van de zoektocht naar de waarheid in samenwerking met de nodige thriller elementen.

Ik heb te kampen met verschillende gedachtes over de film en dat maakt het lastig om deze recensie te schrijven. In Stella’s Oorlog tasten detailfouten en een voorbeeld nemen aan andere films, de geloofwaardigheid van de film aan. Bijvoorbeeld komt de setting van het dorp niet geloofwaardig over. Als het zo’n hechte vriendengroep is verwacht je op zijn minst een taalaccent. De setting in Afghanistan van een patrouille in open truck is vragen om problemen en niet het materieel dat bij patrouilles werd gebruikt. En dat Stella in gedachten bij het bermbomincident aanwezig is, maakt het met de opeenstapeling van teveel overbodige informatie, detailfouten, clichés en melodramatische drama/thrillergehalte, té dramatisch.

Daarentegen is de scene waar Jur zelfmoord pleegt, voortreffelijk in elkaar gezet. Geen geluid, alleen het schot, stilte, Stella schreeuwt wanhopig uit NEE!, stilte en daarna het tikken van de regen.

De hele setting van Nederlanders vechtend in Afghanistan draagt ook erg bij aan de vervreemding. Dit is apart omdat ook deze scenes best goed in elkaar zitten. Het komt onrealistisch over omdat dit niet het beeld is dat we hebben van onze jongens in Afghanistan. Omdat we waarschijnlijk niet willen geloven dat er hysterisch is gereageerd en er dramatisch wordt rondgeschoten. Dit past niet in het beeld dat we hebben over die opbouwmissie. Je verwacht ook misschien dat de soldaten door de langere tijd op uitzending ook wat meer beheerst zouden reageren. De harde realiteit is dat soldaten wekelijks, al dan niet dagelijks werkelijk strijd hebben gevoerd tegen opstandelingen (hier zijn werkelijke beelden van te vinden op internet). Dus zo onrealistisch is de setting eigenlijk misschien niet.

Ook staat niet buiten kijf dat er ontzettend goed acteerwerk in deze film bij komt kijken. Dit draagt zeer bij aan toch nog een klein gehalte geloofwaardigheid. Vooral door Maartje Remmers en Thijs Römers. Het is pas echt overtuigend als de personages werkelijk een rode kop krijgen en het echt goed kunnen uitschreeuwen van wanhoop en frustratie. En dat kunnen deze acteurs!

Tenslotte is het ook zeer moedig van Diederick van Rooijen dat hij een onderwerp uit de actualiteit heeft durven aansnijden. Dit is tevens de eerste Nederlandse speelfilm waarin de Nederlandse missie in Afghanistan aan bod komt. Vooral omdat het zijn eerste speelfilm was! De film heeft potentie om te overtuigen, maar juist die momenten die niet overtuigen maken het voor de kijker niet mogelijk om helemaal in het verhaal mee te gaan.

De waanzin van oorlog wordt behoorlijk benadrukt. Maar dat maakt de film helaas niet waanzinnig genoeg.

dinsdag 14 september 2010

Interview met mezelf

Ik was na nu al twee jaar op de kunstacademie eigenlijk wel benieuwd waar de inspiratie vandaan komt. Aan wie kan ik dat beter vragen dan mezelf! Tijd voor een interview dus!

Volg onderstaande link voor het interview!

http://www.youtube.com/watch?v=KYbAodncxGc